Wilfred Meuleman vertelt over zijn harttransplantatie

Foto: Isala - FotoPersBuro Frans Paalman Zwolle

​Al sinds zijn twaalfde weet Wilfred Meuleman (43) dat hij een ernstige hartafwijking heeft (hypertrofische cardiomyopathie). ‘Het is een verdikking van de hartwand aan de binnenkant. Dat kun je niet opereren. Inmiddels heb ik een ander hart.

`Dat de transplantatie zo goed ging, heb ik voor een groot deel te danken aan de verpleegkundigen van Chance@home en de cardiologen van Isala Hartcentrum.’ De aandoening van Wilfred is erfelijk. ‘Onze oudste zoon had het ook, maar hij is inmiddels overleden en is nu thuis bij God. Mijn andere drie kinderen – een jongen en een meisjes tweeling – hebben het gelukkig niet. Ik weet nog goed dat wij het bloed van onze dochters hadden opgestuurd om het te testen op mijn hartafwijking. Na zes weken vielen twee enveloppen op de mat. Wat bleek, ze hadden het allebei niet. Een groot wonder.’

De hartaandoening van Wilfred was progressief, oftewel het ging steeds iets slechter. ‘Toen ik 27 was, kreeg ik een ICD. Dit apparaatje heeft een keer mijn leven gered. Omdat het binnenin het hart een schok geeft, werkte dat bij mij.’ Maar met een ICD alleen zou Wilfred het niet meer gaan redden. ‘Of ik moest een ander hart of ik zou gaan overlijden. Mijn hart was op. Ik had bijvoorbeeld ook steeds vaker de zorg van Chance@home nodig. Doordat mijn hart minder goed kon pompen, hield ik vocht vast. Wanneer dat teveel werd, werd ik met Chance@home thuis opgenomen. Ik kreeg dan plasmedicatie via een infuus en dagelijks controleerden verpleegkundigen onder meer mijn bloeddruk en mijn longen. Het is fijn dat ik daarvoor niet naar het ziekenhuis hoefde.’

Belang van de patiënt
Van augustus tot oktober vorig jaar – het moment dat hij het andere hart kreeg – moest Wilfred continu gebruik maken van de zorg van Chance@home. ‘Ik ben zo blij dat dit kon. Acht weken lang had ik iedere ochtend bezoek van één van de verpleegkundigen. Dat was eerst wennen, maar uiteindelijk ook gezellig. De verpleegkundigen denken echt mee vanuit het belang van de patiënt. Omdat ik nog redelijke mobiel was, kwamen zij eerst bij mij en gingen daarna de rest van hun patiënten bezoeken. Op die manier had ik de rest van de dag voor mijzelf. Wat ik echt geweldig vond, is dat ze zelfs naar Dalfsen kwamen toen wij daar een familieweekend hadden. Ik was bang dat ik niet mee kon. Maar aangezien Dalfsen dichter bij Isala ligt dan Elburg, was dat geen probleem. Dat ik die acht weken voor mijn transplantatie niet in het ziekenhuis hoefde te liggen, heeft mij en mijn gezin enorm goed gedaan. Ik bleef redelijk in conditie, was thuis als de kinderen uit school kwamen en mijn vrouw hoefde niet dagelijks naar het ziekenhuis te rijden. Mijn cardiologen waren persoonlijk betrokken bij mijn situatie. Ik kon altijd laagdrempelig met ze in contact komen. Ze hebben echt hun nek uitgestoken voor mij.’

Dubbel gevoel
In een nacht in oktober vorig jaar kwam het verlossende telefoontje. Er was een hart voor me. ‘Wij hadden God hier vaak om gebeden, maar als het dan echt zo ver is – en zo snel al – dan ben je toch overrompeld. Wij hebben onze kinderen wakker gemaakt en wij hebben samen gebeden. We konden het in Gods handen leggen en dat gaf rust. Ik kan mij het dubbele gevoel van toen wij wegreden naar Groningen nog heel goed herinneren. Wij waren enorm blij dat er een hart was voor mij. Maar ergens anders was er nu een familie in rouw. Ik ben zo dankbaar dat zij het hart van hun dierbare konden afstaan!’

Warme voeten
De operatie ging helemaal naar wens. ‘Het donorhart matchte meteen goed met mijn lichaam. Drie dagen na de operatie merkte ik voor het eerst dat ik een ander hart had. Ik voelde namelijk mijn voeten. Ik had het idee dat ze in brand stonden en vroeg de verpleegkundige wat er aan de hand was. Zij zei: “Dat zijn warme voeten en dat komt doordat je nu een gezond hart hebt”.’ Het herstel van Wilfred ging voorspoedig. ‘De artsen van het UMCG waren verbaasd hoe goed ik de operatie in ging en hoe goed ik er uitkwam. Dat was dus mede te danken aan Chance@home van Isala Hartcentrum. Gelukkig heb ik geen infecties gekregen en ik heb ook geen last van afstotingsverschijnselen. Daardoor hoef ik niet veel medicijnen tegen afstoting te slikken. Ik merk dat ik veel meer energie heb. En ik kan nu sporten. Dat is sowieso gezond natuurlijk, maar omdat ik een donorhart heb, moet dat ook. Ik heb niet de indruk dat het donorhart mijn karakter veranderd heeft. Voor mij is het hart een mechanische pomp. Mijn emoties zitten in mijn hoofd, niet in mijn hart. Ik ben enorm dankbaar. Naar de artsen en de verpleegkundigen in beide ziekenhuizen. Maar ook naar God! Hij heeft mij en mijn gezin door moeilijke tijden heen gedragen.’

Lees ook:

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen