Een tocht door bakoven Sahara, daarna op een gammele boot van Libië naar Italië en van daaruit richting Nederland. Filmon Goitom Haileichael (27) uit Eritrea is veilig, hij woont in Staphorst, zijn vrouw Ruta is bij hem. Volgende maand krijgen ze hun eerste kindje.
Het leven lacht ze toe. Gezinsgeluk in een veilige omgeving. Eindelijk. Dat was een paar jaar geleden wel anders. Het was overleven als schoonmaker in een zeer onveilig Soedan.
Filmon woont sinds januari vorig jaar in Staphorst. Daar ging een hele reis aan vooraf. In zijn moederland Eritrea werkte hij als docent Engels. Toen hij een jaar voor de klas stond, kreeg hij de opdracht in militaire dienst te gaan. Het was niet duidelijk hoelang hij onder de wapenen moest blijven. Vaak duurt het jaren en is het maar de vraag of en hoe je eruit komt. Daarom week Filmon in 2011 uit naar Soedan, net als duizenden andere landgenoten.
In Soedan ontmoette hij zijn vrouw. ‘Ook hier werd het onveilig. Ontvoeringen waren er aan de orde van de dag’, zegt Filmon die als schoonmaker de kost verdiende in Soedan. In augustus vorig jaar arriveerde echtgenote Ruta in Ter Apel en vanaf 20 augustus woont het stel samen in Staphorst. ‘Ik bedank de mensen van de gemeente en alle medewerkers van Vluchtelingenwerk voor alle hulp. Ik mag trainen bij VV Staphorst. Daar ben ik dankbaar voor.’
Staphorst heeft geen asielzoekerscentrum, maar toch gaat de vluchtelingenproblematiek niet aan de kleinste gemeente van Overijssel voorbij. Staphorst moet zoals alle gemeenten van het rijk statushouders opnemen en huisvesten. Het is simpelweg een taakstelling die gemeenten krijgen van het rijk. Het worden er steeds meer en dat komt door alle ellende in de wereld. Daarnaast draagt Staphorst financieel en met menskracht bij aan opvang elders in de regio IJsselland.
Dit jaar moet Staphorst 45
asielzoekers met een status huisvesten, volgend jaar waarschijnlijk vijftig. Ter vergelijking: in 2013 waren het er twaalf, een jaar later veertien en vorig jaar al 35. De gemeente wil haar burgers voorbereiden op meer nieuwe inwoners. Ze probeert rekening te houden met de christelijke signatuur van Staphorst, maar dat kan lang niet altijd. Ook probeert de gemeente te spreiden, maar dat is ook lastig, omdat sociale huurwoningen vaak in bepaalde wijken staan. Ook qua scholing voor de kinderen zijn er nog stappen te zetten, zo bleek uit een lezing van Vluchtelingenwerk. De grondslag van de school en de opvatting van de nieuwkomers matchen soms niet.
Die nieuwe inwoners krijgen een bijstandsuitkering, een huis en begeleiding van Vluchtelingenwerk. Het is niet zo dat ze alles maar gratis krijgen. Voor het inrichten van een huis sluiten nieuwkomers een lening af die ze in maandelijkse termijnen terugbetalen. Vijftien vrijwilligers van de plaatselijke afdeling van Vluchtelingenwerk begeleiden de mensen in alle opzichten. Meer zijn er nodig.
VechtHorst kan op jaarbasis vijf tot zes huizen in de gemeente Staphorst vrijmaken voor statushouders. De corporatie bezit 550 woningen in deze gemeente. Meer huizen beschikbaar stellen is niet mogelijk, omdat reguliere woningzoekenden dan in het gedrang komen. Om die reden kijken de gemeente en de woonstichting naar andere oplossingen. Eind dit jaar dreigen er problemen met de beschikbare woningen. Mobiele units zou kunnen, maar ook huizen van particulieren zijn een optie.
Lees ook: