Bestuurders tekenen convenant voor Nedersaksische taal

Foto: Provincie Overijssel

Op woensdag 10 oktober tekenden de rijks- en regionale bestuurders in Zwolle het convenant voor de erkenning van de Nedersaksische taal. Eerst wat achtergrondinformatie en een interessante vraag.

Voor het aantal sprekers in Nederland zijn geen betrouwbare actuele cijfers voor handen. In 2003 sprak in de betreffende gebieden 28% van de ouders Nedersaksisch, maar bij hun kinderen lag dit aandeel lager. In 2012 was dit aantal gezakt naar respectievelijk 15% (ouders) en 2% (kinderen). In Duitsland werd het aantal sprekers in 1984 (!) op 5,5 miljoen geschat, en zijn er geen actuele cijfers bekend.

De Nedersaksische streektaal werd in 1995 nog door 35% van de volwassenen gesproken en 7% van de kinderen sprak het met vrienden en vriendinnen. In 2011 was dat nog maar 15%, respectievelijk 1%.

Vraag: Wat is de streektaalleeftijdsgrens? Welk geboortejaar?

Voor de beide andere streektalen ging de afname veel minder snel. In 1995 sprak 60% van de volwassen Friezen Fries; in 2011 was het 44%. Voor de kinderen nam het spreken af van 48 naar 22%.

Het Limburgs werd in 1995 door 60% van de volwassenen gesproken; in 2011 was het 54%. Van de Limburgse kinderen sprak in 1995 42% Limburgs en in 2011 31%. Hieronder daarom eerst een liedje van een reeds overleden Limburgse zanger; Benny Neyman – ’t Heimwee. Waarschijnlijk is veel ‘Nedersaksisch’ slechter te verstaan…

Het Rijk en de overheden in Noord-Oost Nederland gaan zich dus ‘inspannen’ om de Nedersaksische taal te ‘behouden’ en het gebruik ervan te stimuleren. Daarmee spreken zij ook uit dat zij het Nedersaksisch erkennen als een wezenlijke, volwaardige en zelfstandige streektaal in Nederland.

In het convenant is onder meer vastgelegd dat de overheden de inzet op de streektaal meer op elkaar gaan afstemmen om zo van elkaars goede voorbeelden te leren. Ook gaan de overheden kijken hoe ze samen kunnen optrekken richting de Nedersaksisch sprekende regio’s in Noord-West Duitsland en de EU. Verder wordt jaarlijks een bijeenkomst georganiseerd rond een actueel thema, gekoppeld aan één van de streektaalfestivals in de regio’s.

De regionale bestuurders zijn de gedeputeerden Sietske Poepjes (Fryslân), Henk Staghouwer (Groningen), Cees Bijl (Drenthe), Hester Maij (Overijssel), Josan Meijers (Gelderland), wethouder Fimke Hijlkema (Ooststellingwerf) en burgemeester André van de Nadort (Weststellingwerf).

Maarten Schurink, secretaris-generaal bij het ministerie van Binnenlandse Zaken: “Eigen taal heeft waarde voor mensen. Zo bindt het Nedersaksisch mensen van Zwolle tot Doetinchem, van Wolvega tot Almelo. Het gaat om meer dan een miljoen mensen. Vandaag zeggen wij tegen hen: we vinden het behoud van jullie streektaal belangrijk.”

Nedersaksisch onderdeel cultuurbeleid

Hester Maij, gedeputeerde cultuur van Overijssel: “Vandaag bevestigen wij met het convenant dat Nedersaksisch leeft, het is een actuele en belangrijke taal voor een groot deel van de inwoners van Overijssel en Noord-Oost Nederland. Toch maken we ons ook zorgen, want steeds minder mensen spreken de taal. Daar willen wij als overheden iets aan doen. Met het convanant slaan we de handen ineen om het Nedersaksisch, onze eigen taal, een sterke impuls te geven.”

Naast de gezamenlijk inspanning voor het Nedersaksisch in het kader van het convenant stimuleren de regionale overheden ook via hun eigen cultuurbeleid het gebruik van het Nedersaksisch. Naast de gezamenlijk inspanning voor het Nedersaksisch in het kader van het convenant stimuleren de regionale overheden ook via hun eigen cultuurbeleid het gebruik van het Nedersaksisch

De provincie Overijssel heeft met het Historisch Centrum Overijsel afspraken gemaakt voor het behoud en het stimuleren van het Nedersaksisch. Het HCO voert, in samenwerking met de IJsselacademie, programma’s uit voor bijvoorbeeld het onderwijs, in de zorg en bibliotheken.

‘Het Twente Hoes’, het nieuwe centrum voor Twentse taal en streekcultuur in Hengelo, krijgt de komende drie jaar subsidie van de provincie. Het is een gezamenlijk initiatief van het Historisch Centrum Overijssel, de IJsselacademie (met Wiesneus, Streektaal in de Zorg en Zunnewende) en Twentaal/Twenteakademie.

Nedersaksisch

Het Nedersaksisch wordt gesproken in Groningen, Drenthe, Overijssel, Noord-Oost Veluwe, de Achterhoek en in de gemeenten Oost- en Weststellingwerf (provincie Fryslân). Het sluit in taalkundige zin aan bij het  Nedersaksisch/Nederduits in Noord-Duitsland.

Lees ook:

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen