Broedvogels gedijen in de Olde Maten en Veerslootlanden

Foto: Martijn Bunskoek

Het beheer van graslandpercelen door leden van Agrarische Natuurvereniging (ANV) ‘Horst en Maten’ werpt vruchten af. Uit het onderzoek blijkt dat er een gevarieerde weidevogelgemeenschap aanwezig is en dat diverse soorten een toename vertonen.

Het jaar 2019 was een goed jaar voor de boerenlandvogels in deze regio. Niet alleen in het boerenland, maar ook in natuurgebied Olde Maten en Veerslootlanden, 935 hectare groot. Eigenaar Staatsbosbeheer werkt er sinds enkele jaren samen met Agrarische Natuur Vereniging (ANV) Horst en Maten. Via de ANV worden in het gebied de graslandpercelen verpacht en beheert.

De ANV beschermt en volgt er de ontwikkeling van broedvogelpopulatie op de voet. Diverse soorten nemen in aantal toe. Zo was er dit jaar een toename van grutto, wulp en kievit. Ook de kwartel had een goed jaar. De ANV ziet daarin het succes van het beheer door de leden van de verenging. Volgens onderzoeker Martijn Bunskoek hebben de hoge waterpeilen in maart en begin april – de vestigingsperiode van de weidevogels – waarschijnlijk een positief effect gehad.

Jaarlijks laat de ANV van april tot begin juni onderzoek doen naar de broedvogelpopulatie in het gebied, in het bijzonder in de open gedeelten zonder opgaande begroeiing (zie kaartje). Daaruit volgt advies hoe rekening te houden met de weidevogels. Indien nodig kan het maaien dan worden uitgesteld zodat nog aanwezige vogels hun broedcyclus kunnen voltooien. Daarnaast wil de ANV graag de ontwikkelingen in de broedvogelstand volgen om te zien of het gevoerde beheer haar vruchten afwerpt. Het onderzoek wordt uitgevoerd door ecoloog Martijn Bunskoek.

Bunskoek telde het aantal territoria in twee deelgebieden met een open weidelandschap. Opvallende toenames zijn door hem vastgesteld bij Grutto (van 12 territoria in 2018 naar 27 in 2019), Wulp (van 13 naar 21) en Kievit (van 46 naar 67). Daarnaast heeft hij territoria van diverse andere kritische soorten vastgesteld, zoals Watersnip (3), Tureluur (13), Zomertaling (3), Slobeend (12), Kleinst Waterhoen (1) en Paapje (2). Ook Kwartel had een goed jaar met 4 territoria.

In het Groene Kruispunt zijn net als in voorgaande jaren veel territoria gezien van Tureluur (5), Slobeend (5) en Kievit (12). Wulp was daar nieuw als broedvogel (1 territorium). Soorten als Grutto, Watersnip en Zomertaling ontbreken (nog) in dit gebied. De resultaten en conclusies van het onderzoek bieden de ANV handvatten voor verdere verbetering van het beheer van het gebied. Bunskoek adviseert een hoog waterpeil aan te houden in het vroege voorjaar, met name in de plas-dras-percelen, en om bij de laatste maaironde kruidenrijke ruigtes te laten staan ten behoeve van het zeldzame Paapje.

Verder is rust tijdens het broedseizoen erg belangrijk. Opgaande beplanting – uitvalsbasis voor roofvogels, met een verstorend effect op broedvogels – moet worden verwijderd of als hakhout worden beheerd. Het uitrasteren van plas-dras-percelen om de vos te weren – de voornaamste predator van weidevogels – moet worden voortgezet, aldus de ecoloog.

Lees ook: Weidevogels: Zeven tips voor boeren die gras gaan maaien

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen